Autisme is een aangeboren afwijkende ontwikkeling die zich uit door een afwijkende sociaal-emotionele ontwikkeling. Vaak is er bij jonge kinderen met een vermoeden van autisme ook sprake van een achterstand in de ontwikkeling van communicatieve vaardigheden. De hersenen van kinderen zijn in de eerste twee levensjaren nog volop in ontwikkeling. Wanneer kenmerken van een ontwikkelingsstoornis worden opgemerkt, zouden vroegtijdige behandeling en begeleiding goed kunnen helpen. Daarom is het belangrijk om de kenmerken van autisme al vroeg te kunnen herkennen, daarvoor is onderzoek hard nodig! In dit artikel lees je meer over onderzoek naar autisme en ADHD bij kinderen.
Kenmerken van autisme en ADHD
Reageert jouw baby niet op zijn naam of staart jouw peuter vaak langere tijd naar één bepaald object. Soms zijn dit de eerste kenmerken van een autisme spectrum stoornis. Vaak worden Autisme en ADHD gezien als tegenpolen maar er zijn ook overeenkomsten. Bij beide gedragsstoornissen kunnen kinderen snel overprikkeld raken en hebben zij vaak meer tijd nodig voor het verwerken van informatie. Het komt ook regelmatig voor dat mensen beide ontwikkelingsstoornissen hebben.
Het PIP onderzoek
Het Baby & Child Research Center, in samenwerking met het Donders Instituut Nijmegen, doet onderzoek naar de ontwikkeling van gedragsproblemen. Onderzoek vindt plaats bij kinderen met en zonder de diagnose van een ontwikkelingsstoornis. Het onderzoek heet het PIP onderzoek, de afkorting van Preschool Brain Imaging and Behaviour Project.
De focus ligt op het begrijpen van de verschillen in hersenontwikkeling en ontwikkeling van gedrag, cognitie en de emotionele ontwikkeling. Daarbij is de vraag of de afwijkende sociaal-emotionele ontwikkeling ook een afwijkende hersenontwikkeling ten opzichte van ‘normaal’ ontwikkelende kinderen betekent. Zaken waar naar gekeken wordt tijdens het onderzoek zijn bijvoorbeeld hoe kinderen samen met hun vader of moeder spelen. En hoe zij zich op verschillende fronten ontwikkelen ten opzichte van leeftijdsgenoten.
Wat houdt het onderzoek in?
Het onderzoek vindt plaats tijdens drie dagdelen. Een van de onderzoeken is de eye-tracking test. Tijdens deze test kijken kinderen onder andere naar afbeeldingen van spelende kinderen en bewegende beelden van getekende figuren. Terwijl ze hiernaar kijken, meet de eye-tracker van een afstandje welk onderdeel van het beeld het kind als eerste ziet. Hieruit is al gebleken dat kinderen met autisme eerder de auto op de achtergrond zien dan het gezicht op de voorgrond. Bij kinderen zonder een autisme diagnose is dat precies andersom!
Een andere test, is de test met de EEG muts. Met de muts kan precies onderzocht worden welke hersendelen van het kind actief zijn. De kinderen kijken met de muts op naar plaatjes of video’s of luisteren naar muziekjes of geluiden. Uit eerder onderzoek is al gebleken dat het bij mensen met autisme 10 milliseconden langer duurt voordat zij een plaatje van een gezicht verwerken. Dit is natuurlijk maar letterlijk een fractie van een seconde, maar kan veel uitmaken voor het verloop van een conversatie en het begrip van andermans emotie.
Het later verwerken van zo’n sociale prikkel kan zelfs al zichtbaar zijn bij baby’s van een paar maanden oud. Daarom is het PIP onderzoek ook specifiek gericht op jonge kinderen. Behandeling heeft in de eerste levensjaren meer effect dan op een latere leeftijd, omdat de hersenen nog volop in ontwikkeling zijn. Kinderen kunnen daardoor op latere leeftijd mogelijk beter omgaan met hun gedragsstoornis en de mensen om hen heen eveneens.
Tot slot zal er een hersenscan tijdens de natuurlijke slaap gemaakt worden. Met behulp van MRI kunnen de hersenen heel precies in kaart gebracht worden en kunnen er mogelijke verschillen tussen kinderen met en zonder ontwikkelingsproblemen zichtbaar worden. MRI is veilig en niet-invasief, er is ook geen sprake van straling bij het doen van een MRI scan. Het werkt op basis van een magneet en daarom is een MRI-scan alleen mogelijk als het kind geen metaal in het lichaam heeft (bijvoorbeeld pinnen of implantaten na een operatie).
Meedoen?
Om zoveel mogelijk informatie te verkrijgen over de ontwikkeling van kinderen met én zonder diagnose van een ontwikkelingsstoornis zijn ze bij het Baby & Child Research Center nog hard op zoek naar ouders en kinderen die het leuk zouden vinden om eens mee te maken hoe het is om aan zo’n onderzoek mee te doen! Kinderen met een normale ontwikkeling, kinderen met autisme, ADHD en/of een ontwikkelingsachterstand kunnen meedoen aan het onderzoek. De kinderen met autisme of een ontwikkelingsachterstand moeten tussen de 3 en 4,5 jaar zijn om mee te kunnen doen en de kinderen met ADHD tussen 4 en 5,5 jaar.
Heb jij een kind dat past in één van de bovenstaande omschrijvingen en wil je meer weten over deelname aan het onderzoek? Neem dan vrijblijvend contact op via: pip@donders.ru.nl
Meer informatie over het onderzoek is te vinden op: www.aims-2-trials.eu/pip-radboud