Je hoort steeds vaker over hooggevoelige kinderen. Minder bekend is dat hooggevoelige kinderen in twee groepen worden verdeeld. De ene groep staat bekend als hoogsensitief. De andere, minder bekende groep zijn de hoogstimulatieve kinderen. Deze kinderen zijn hooggevoelig en strong-willed. Ze hebben dus een sterke wil. Die combinatie kan aardig wat strijd opleveren thuis. Hoe herken je een hoogstimulatief kind? En hoe kun je er als ouder mee omgaan?
Strong-willed kind
Als je kind precies weet wat hij wil, precies weet hoe en wanneer hij wil dat iets gebeurt, is de kans aanwezig dat je kind strong-willed is. Je kind wil dan graag zelf beslissen hoe dingen gebeuren. In volwassenen vinden we dit vaak positieve eigenschappen. Maar in een kind kan het lastig zijn. Van kinderen wordt meestal verwacht dat ze luisteren en zich aanpassen.
Hooggevoelig kind
Een hooggevoelig kind voelt de omgeving goed aan. Het liefst wil je kind alles goed doen en de harmonie bewaren. Dat kan botsen met de sterke wil van een hoogstimulatief kind. Want je kind weet precies wat het wil, maar wil ook jou niet kwetsen of tegen de haren in strijken. Vaak zal er toch heibel ontstaan. Als je als ouder boos wordt, krijg je van je kind een grote mond terug. Dat hoort bij een temperamentvol kind. Daarom worden deze kinderen door anderen al snel als lastig op slecht opgevoed gezien.
Hoogsensitief of hoogstimulatief?
Wanneer we het hebben over hooggevoeligheid dan denk je vaak aan kinderen met een geremd karakter, maar er zijn dus ook kinderen die in plaats van rust juist actie zoeken. Dit type hoogsensitieve kinderen worden ook wel Hoogsensitieve High Sensation Seekers genoemd. Afgekort HSP-HSS, waarbij HSP voor Hoog Sensitief Persoon staat.
Zo’n twintig procent van de mensen is hooggevoelig. Ongeveer driekwart van deze mensen is een Highly Sensitive Person (afkorting HSP) of hoogsensitief. De andere 25% kenmerkt zich als een High Sensation Seeker (afkorting HSS) of hoogstimulatief. Ongeveer vijf procent van alle kinderen dus. Er zijn echter ook kinderen die niet hoogsensitief zijn maar wel high sensation seekers. Er zijn een aantal kenmerken die een hoogstimulatief kind (HSP-HSS) anders maken dat een hoogsensitief kind.
Gevoeligheid voor prikkels.
Een hoogsensitief kind heeft moeite met veel prikkels. Een hoogstimulatief kind houdt juist van prikkels. Ze hebben prikkels nodig als stimulatie. Ze zoeken prikkels op, zoeken naar uitdaging, hebben veel energie, kunnen erg enthousiast zijn en kunnen intense emoties beleven. Valkuilen kunnen zijn dat ze dingen snel eentonig en saai kunnen vinden, dat ze moeite kunnen hebben zich te concentreren of snel opgeven als iets niet lukt. Te veel prikkels kunnen ook leiden tot emotionele uitbarstingen. Wat te veel prikkels zijn, hangt af van verschillende factoren. Een uitbarsting kan als een totale verrassing komen.
Gevoelig voor de emoties van anderen.
Een hoogstimulatief kind weet, net als een hoogsensitief kind, precies hoe de omgeving zich voelt. Ze zijn gevoelig voor de emoties van ouders, vriendjes, een klasgenootje dat wordt gepest. Een hoogsensitief kind richt zich naar binnen toe. Een hoogstimulatief kind is juist naar buiten toe gericht. Bij een drukke klas zal een hoogstimulatief kind mee stuiteren, terwijl een hoogsensitief kind zich terugtrekt. Beide zijn daarna moe. Wat andere valkuilen zijn voor dit soort kinderen is dat ze beïnvloedbaar zijn en een gering besef van identiteit kunnen hebben.
Intense emoties
Een hoogstimulatief kind is emotioneel en kan explosief zijn. Net als hoogsensitieve kinderen, zijn ze gevoelig, betrokken en empathisch. Als je kind hoogstimulatief is, ervaart het zijn emoties heftig. Daarvan kan je kind overprikkeld raken. Je ziet dan tics, druk gedrag of je kind is even volledig onbereikbaar. Soms wordt een HSP-HSS kind heel boos of geeft anderen de schuld. Dit gebeurt als hij overspoeld wordt door negatieve emoties. Je hoogstimulatieve kind projecteert zijn eigen emoties dan op iemand anders.
Heeft een standvastige en betrouwbare ouder nodig
Zowel HSP- en HSP-HSS kinderen hebben liefdevolle, rustige en voorspelbare ouders nodig. Voor een hoogstimulatief kind is het daarnaast belangrijk dat je als ouder doortastend bent. Je kind kan alle kanten op stuiteren door alle heftige emoties. Een betrouwbare en stevige ouder is dan nodig. Je kind zal jou onbewust uittesten door over grenzen heen te gaan, regels niet te accepteren en niet te luisteren. Blijf op die momenten rustig, zodat je kind tot rust kan komen en jou vertrouwt.
Behoefte aan vrijheid en ruimte
Een hoogstimulatief kind heeft veel ruimte en vrijheid nodig. Hij wil kunnen bewegen en zijn eigen ding kunnen doen. De behoefte aan autonomie is erg groot. Maar zo’n kind heeft juist ook duidelijke grenzen nodig. Bij weinig grenzen zal een hoogstimulatief kind weigeren zich aan te passen of proberen zijn zin te krijgen. Binnen die grenzen moet er voldoende ruimte zijn om dingen op een eigen manier te doen.
Visuele instelling
Hooggevoelige kinderen zijn beelddenkers. Dat brengt creativiteit en een rijke fantasie met zich mee. Dit kan op school soms problemen geven, omdat instructies hier meestal met woorden worden gegeven. Een hoogstimulatief kind heeft daarnaast weinig tijdsgevoel, moeite met structuur en is snel afgeleid. Als je je kind vraagt om zijn kamer op te ruimen en om de tafel te dekken, is de kans groot dat een van de twee niet gedaan is. Of je kind op zijn kamer is gaan spelen en het helemaal is vergeten.
Hoe kan ik als ouder mijn hoogstimulatieve kind helpen?
Een HSS-kind levert een strijd in zichzelf. De gevoelige kant en de sterke wil leveren een spanningsveld op. Het herkennen van dit spanningsveld en het als ouder serieus nemen helpt je kind. Dat is niet hetzelfde als begrijpen wat ze willen en ze hun zin geven. Het gaat erom dat je hun spanningsveld aanvoelt en met hen meevoelt.
Een hoogstimulatief kind trekt zich niet terug als het teveel wordt, maar zal juist ontploffen. Zo’n uitbarsting kan door overprikkeling komen, maar ook door een gebrek aan uitdaging. De sterke wil maakt je kind leergierig, nieuwsgierig en enthousiast. Het belangrijkste is om als ouder te kijken wat er achter het gedrag van je hoogstimulatieve kind zit. Is het frustratie, spanning, overprikkeling of juist iets anders? Of is het een reactie op jouw eigen gedrag? Je kind kan namelijk ook reageren op jouw spanning of jouw drukte.
Verbinding maken met je kind werkt vaak om je kind rustig te krijgen. Adem zelf een keer diep in en uit, om te zorgen dat je zelf rustig bent. Ga dan naar je kind toe en toon belangstelling. Als je wilt dat je kind aandacht voor je heeft, geef dan eerst aandacht aan je kind. Daarna is de kans groter dat je kind naar je luistert.
Het is niet zo dat je kind zich niet wil gedragen en niet naar jou wil luisteren, maar soms is het gewoon allemaal te veel. Of loopt het anders dan je kind in zijn hoofd had. Je kunt je kind helpen om samen vaardigheden te oefenen om beter om te gaan met dit soort situaties.
Bronnen: Intouchkindercoaching.nl, Happinez.nl