De mazelen is een vlekjesziekte, die door vaccinatie niet meer heel veel voorkomt. Toch zijn er af en toe uitbraken van de mazelen. Welke vlekjes duiden op de mazelen? Wat is het voor ziekte, hoe krijg je het en moet je ergens rekening mee houden? Moet je oppassen als je zwanger bent? En wat kan of moet je doen als je de mazelen hebt? Je leest het allemaal in dit artikel!
Wat is de mazelen?
Mazelen, of morbilli, is een ziekte die wordt veroorzaakt door het mazelenvirus. Het is een virus wat van mens op mens wordt overgedragen en wat zelfs één van de besmettelijkste ziekten is. Het valt onder 1 van de 6 vlekjesziekten, zoals ook rodehond en bijvoorbeeld de vijfde ziekte en zesde ziekte. Omdat de ziekte heel besmettelijk is, zelfs nog veel meer dan de griep, en ernstige complicaties kan hebben, is het opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Het valt onder de BMR-vaccins. BMR staat dan ook voor Bof, Rodehond en Mazelen. Kinderen van 14 maanden en 9 jaar krijgen een oproep voor deze vaccinatie.
Symptomen en klachten bij de mazelen?
De eerste tekenen van de ziekte zijn koorts, neusverkoudheid, hoesten en oogontsteking. Aan de binnenkant van de wangen ontstaan witte vlekjes. Een paar dagen daarna komen de rode vlekjes. Eerst op het gezicht en vervolgens over het hele lichaam. De vlekken worden bruin en kunnen uiteindelijk met elkaar grote bruine vlekken vormen. Uiteindelijk krijgen de vlekken de gewone huidskleur. Er kan jeuk ontstaan. Andere klachten kunnen diarree of een middenoorontsteking zijn. Koorts kan weggaan en later weer terugkomen. Helaas komen er ook ernstigere klachten voor. Zo kan het virus zorgen voor longontsteking, stuipen of zelfs een hersenontsteking. Laatstgenoemde uit zich pas jaren later! Gemiddeld is dit 7 jaar later en is altijd met een fatale afloop.
Uiteraard lopen mensen met een verminderde weerstand meer risico. Maar ook jonge kinderen en volwassenen hebben een groter risico op een ernstig ziektebeeld. In Nederland is de kans op sterfte niet hoog. Op de 1000 gevallen is dit er minder dan 1. In vergelijking: in ontwikkelingslanden sterven er ongeveer 250 kinderen per dag aan de mazelen! Het mag dan ook duidelijk zijn waarom het opnemen van mazelen in het vaccinatieprogramma geen overbodige luxe was.
Wat is de oorzaak van de mazelen?
Mazelen is, zoals aangegeven, een ziekte die door het mazelenvirus veroorzaakt wordt. Dit virus is dan ook op andere mensen over te dragen door je adem, niezen en hoesten. Maar ook voorwerpen waarop jouw besmette druppeltjes terecht komen kunnen natuurlijk een oorzaak zijn. Mazelen is zelfs 1 van de besmettelijkste ziekten. Hoewel we allemaal weten dat griep vaak in grote aantallen voorkomt, is mazelen zelfs nog besmettelijker dan dat. Omdat het sinds 1976 in het vaccinatieprogramma is opgenomen van de overheid, ligt het aantal gevallen niet zo hoog meer. Voordat deze vaccinaties werden uitgevoerd, kreeg zo ongeveer iedereen op kinderleeftijd te maken met de mazelen. Nu ligt het aantal gevallen ongeveer op 10 per jaar! Soms breken er echter wel epidemieën uit, vaak in streken waar minder wordt ingeënt, bijvoorbeeld door levensovertuigingen.
Besmettelijkheid: mag mijn kind naar de opvang?
Het besmettingsgevaar is heel hoog bij de mazelen. Afstand houden is in dit geval niet genoeg. De besmette druppeltjes in de lucht kunnen namelijk maar liefst 2 uur blijven hangen! Tien dagen nadat men in contact is geweest met iemand met de mazelen kunnen de eerste klachten tevoorschijn komen. Als de vlekjes er eenmaal zijn, dan is deze persoon nog ongeveer 4 dagen besmettelijk. Je houdt je kind thuis. Ook neem je hem niet mee naar de huisarts, vanwege de extreme besmettelijkheid. Je belt dus voor overleg met de huisarts. Meld bij school, opvang of waar je kind verblijft dat hij de mazelen heeft. Zo kunnen andere ouders opletten of hun kind niet besmet geraakt is!
De behandeling en medicatie
Tegen mazelen is geen medicatie. Tegen de complicaties die optreden, zoals een oorontsteking, kan een antibioticakuur voorgeschreven worden. In principe zal je kind na 7 tot 10 dagen weer genezen zijn. Eventueel kun je je kind een paracetamol geven zodat hij zich wat minder ziek voelt.
Tips om je kind te verzorgen
Dingen die je kunt doen om je kind te helpen zijn:
- Kleed je kind luchtig zodat het zijn warmte kwijt kan
- Zorg dat hij extra drinkt. Wil hij niet drinken of drinkt hij te weinig: bel met de huisarts! Een alternatief voor drinken kan een waterijsje zijn!
- Laat je kind zelf bepalen of hij op bed wil liggen. Maar zorg wel voor rust. Op zich mag hij naar buiten, maar zoek geen andere mensen op
- Uiteraard is gewoon aandacht geven al fijn voor je kind
Wanneer ga je naar de dokter?
Bij het vermoeden van de mazelen bel je altijd met de huisarts. Heeft je kind ernstige symptomen, zoals benauwdheid, suf worden, hoofdpijn, kreunen, veel huilen, dan bel je met spoed met de huisarts! Mazelen kan een ernstig verloop hebben. Is je kind 2 keer gevaccineerd, dan is de kans heel klein dat hij of zij toch de mazelen krijgt. Heeft je kind nog maar 1 prik gehad, dan loopt hij nog wel kans om ziek te worden. Met andere woorden: de tweede prik krijgt je kind pas in het jaar dat hij 9 wordt. Jongere kinderen maken dus wel kans om de ziekte te kunnen hebben! Denk dus niet dat dat niet kan omdat hij de BMR-prik al heeft gehad. Heb je je kind niet laten vaccineren en wil je dat alsnog wel laten doen? Dit kan nog tot hij 18 jaar is. Hiervoor maak je een afspraak bij de GGD.
De mazelen en zwangerschap of pasgeboren baby’s
Zwangeren lopen waarschijnlijk meer risico op ernstige complicaties door de mazelen. Zwangere vrouwen die in contact komen met een mazelen-patiënt wordt dan ook aangeraden om contact op te nemen met de huisarts. Is de moeder zelf niet gevaccineerd en heeft ze ook de ziekte nooit doorgemaakt, dan zal ze uit de buurt moeten blijven van mensen die de mazelen hebben. De mazelen zorgt niet voor aangeboren afwijkingen bij de baby. Helaas kan het wel de kans op een miskraam of vroeggeboorte verhogen.
Is de baby geboren, dan hebben ze doorgaans antistoffen bij zich van de moeder. Is de moeder zelf ook niet immuun (dus als ze niet is gevaccineerd of ziek geweest is), dan mist ook de baby deze antistoffen en zal dus meer risico lopen op ernstige complicaties én ook de kans op sterfte is hoger. Er zit een verschil in bescherming van de baby als de moeder zelf ziek geweest is of gevaccineerd is. Is de moeder gevaccineerd, dan draagt de baby in principe nog 3 tot 4 maanden haar antistoffen bij zich en is het hierdoor beschermd. Heeft de moeder zelf de ziekte doorgemaakt, dan zal de baby nog ongeveer een half jaar antistoffen hebben die de baby beschermen.
Bronnen: RIVM, Thuisarts