De 20 weken echo. Heel spannend voor de meeste ouders. Soms kan er uit de echo naar voren komen dat jouw kind een lip of kaakschisis heeft. Gehemeltespleten zijn meestal niet te zien op de echo. In Nederland worden ongeveer één à twee op de duizend baby’s geboren met een schisis, ook wel hazenlip genoemd. Als het bij jou gebeurt is dat vaak erg schrikken. In dit artikel lees je alles over een schisis en wat er mee samenhangt.
Wat is een schisis?
Een schisis is een aangeboren afwijking. Er zijn verschillende soorten vormen van een schisis;
- Een spleet in de lip (cheiloschisis).
- In het gehemelte zit een spleet (palatoschisis).
- Een spleet in de lip en in de kaak (cheilo-gnathoschisis).
- In zowel de lip, de kaak en het gehemelte zit een spleet (cheilo-gnatho-palatoschisis).
Schisis ziet er niet bij iedereen hetzelfde uit:
- Een spleet kan rechts of links zitten, maar kan ook aan beide kanten voorkomen.
- Een spleet kan compleet of incompleet zijn en variëren van een klein deukje tot een volledige, doorlopende spleet.
Oorzaken schisis
Een schisis ontstaat meestal door een combinatie van erfelijke factoren en invloeden van buitenaf tijdens de zwangerschap. Elk ongeboren kind heeft tijdens de zwangerschap een dubbelzijdige lip-, kaak- en gehemeltespleet. De verschillende delen groeien naar elkaar toe bij een gezonde ontwikkeling en versmelten dan. De lip en de bovenkaak sluiten zich tussen de tweede en zesde week van de zwangerschap. Het gehemelte sluit zich tussen de achtste en twaalfde week van de zwangerschap. Als er ergens iets mis gaat en het proces vindt niet volledig plaats, ontstaat er een schisis.
Een chromosoomafwijking kan een schisis veroorzaken. Er komen dan meestal ook andere aangeboren afwijkingen voor. Één of beide ouders kunnen erfelijk materiaal doorgeven aan de baby, waardoor een schisis ontstaat. Het voorkomen van een schisis is niet mogelijk. Wel is het advies om extra foliumzuur te slikken wanneer je zwanger wilt raken. Het slikken van foliumzuur verkleint de kans op schisis.
Onderzoek en diagnose
Onderzoek tijdens de zwangerschap
Tijdens de zwangerschap verricht men onderzoek, ook wel prenatale diagnostiek genoemd. Door een echo is een lipspleet vanaf vier maanden na de bevruchting te ontdekken. Tijdens de reguliere 20- wekenecho wordt de lip en/of kaakspleet tegenwoordig steeds vaker ontdekt. Gehemeltespleten zonder lip-of kaakspleet zijn meestal niet zichtbaar op de echo.
Onderzoek na de geboorte
Wanneer je kind een schisis heeft, komt hij meestal terecht in een schisisteam. Hier vindt nauwkeurig onderzoek plaats. Het team vertelt je wat voor soort afwijking je kind precies heeft en welke behandeling er mogelijk is.
Als een schisis samengaat met andere verschijnselen, is er sprake van een syndroom. Bij een syndroom is er meestal een verhoogd risico op herhaling bij een volgende zwangerschap. Dan kom je terecht bij een klinisch geneticus, die onderzoek doet naar eventuele bijkomende aangeboren afwijkingen en adviezen geeft over het herhalingsrisico in een eventueel volgende zwangerschap. De klinisch geneticus kan ook een inschatting maken voor het optreden van een schisis, indien je kind (of zijn/haar broertjes of zusjes) later zelf een kind zou krijgen.
Behandeling
Direct na de geboorte start de behandeling van een schisis. De behandeling duurt meestal tot het einde van de puberteit. De gehele ontwikkeling van een kind wordt gevold. Op het juiste ogenblik in het groeiproces moet iedere behandeling plaatsvinden. Het eindresultaat van de behandeling is pas duidelijk als een kind tussen de 16 en 20 jaar oud is. Tot die tijd zijn controles bij het schisisteam nodig. Soms zijn er grote tussenpozen tussen de controles, andere keren liggen ze wat dichter bij elkaar. Dit is allemaal afhankelijk van het stadium van de behandeling en de ontwikkeling/groei van het kind. Ieder kind krijgt een individueel behandelplan. Het doel van het behandelplan is een eindresultaat waarmee iedereen tevreden is.
Operatie
Wanneer je kind een schisis heeft in welke vorm dan ook, dan is een operatie altijd noodzakelijk. Hoe zo’n operatie eruit ziet is afhankelijk van het type schisis. Hieronder lees je per vorm meer over de verschillende operaties. Het succespercentage van de operaties is groot. Het ligt aan de uitgangssituatie hoe het resultaat uiteindelijk zal zijn.
- De lipschisis – Wanneer je kind een lipschis heeft, zal de behandeling bestaan uit het operatief sluiten van de lip en zo nodig een correctie van de neus door een plastisch chirurg. Tijdens de operatie zal de plastisch chirurg de huid, het lippenrood, het slijmvlies en de kringspier van de lip hechten. Er blijft een litteken zichtbaar. Bij een dubbelzijdige lipspleet worden beide lipspleten tijdens één operatie gesloten. Deze operatie zal plaatsvinden wanneer je kindje tussen de drie en zes maanden oud is.
- De gehemelteschisis. Wanneer het gehemelte geheel of gedeeltelijk gespleten is, heeft dit gevolgen voor de spraakontwikkeling, het gehoor en de voeding. De chirurg kiest de techniek van de operatie, afhankelijk van de breedte van de spleet. De logopedist geeft advies met betrekking tot de spraakontwikkeling en voedingsproblemen. Het gehoor wordt gecontroleerd door de KNO-arts. De operatie door de plastisch chirurg, vindt plaats wanneer je kindje tussen de zes en twaalf maanden oud is.
- De lip- en kaakschisis. De operatie van de lipschisis is zoals hierboven beschreven. De kaakchirurg sluit de spleet in de kaak wanneer de eerste hoektand doorbreekt. Dit is meestal wanneer je kind acht tot tien jaar oud is. Het ontbrekende bot in de kaakboog wordt aangevuld met bot uit het eigen lichaam of kunstbot. De tandarts en orthodontist spelen ook een belangrijke rol bij de voorbereiding op de kaakoperatie.
- De lip-, kaak- en gehemelteschisis. Ook deze afwijking kan gevolgen hebben voor de spraakontwikkeling, het gehoor en de voeding. Soms is een gehemelteplaatje nodig, dat het harde gehemelte en de hele bovenkaak bedekt. De orthodontist meet dit plastic plaatje aan. De operaties vinden plaats zoals boven beschreven. Soms is er na de groei een verplaatsing van de bovenkaak nodig, wat pas aan het einde van de groei te beoordelen is.
Toekomstperspectief
Belangrijk om te weten is dat je baby de eerste vijf weken niet op zijn rug mag liggen. Het is beter om hem op zijn zij te verzorgen, ook tijdens het verschonen van de luier. De lippen van de baby kunnen het beste vet gehouden worden met vaseline. Een goede mondverzorging is belangrijk om een schimmelinfectie te voorkomen.
Omdat gehoorproblemen bij een kind met een schisis vaker voor kunnen komen, krijgt je baby in de eerste week na de geboorte een gehoortest. Een aantal kinderen met schisis heeft moeite met duidelijk praten (een spraakstoornis). De logopedist kan hierbij een belangrijke rol spelen. De tandarts houdt nauwlettend in de gaten of er geen afwijkingen zijn aan het gebit. Dit kan pas na het wisselen van het gebit aan het licht komen. De orthodontist houdt afwijkingen van de tandstand in de gaten en behandelt waar nodig.
Wanneer je kindje alleen een schisis heeft, dus zonder andere aangeboren afwijkingen, ontwikkelt hij/zij zich net als kinderen zonder een schisis. Over het algemeen worden kinderen met een schisis weinig gepest en hebben ze een normaal sociaal leven in de kindertijd. Vaak komt het voor, dat kinderen in de puberteit meer moeite krijgen met de schisis en het als een handicap gaan zien. De psycholoog van het schisisteam kan kinderen en ouders begeleiden bij het accepteren van de afwijking en alle vragen die hiermee samengaan.
Bronnen: Wilhelmina Kinderziekenhuis, Radboud UMC