“Mama, hoe laat is het?” Deze vraag stelt je kind je ongetwijfeld vaak. Hoe makkelijk is het als je kind gewoon zelf kan klokkijken. Leren klokkijken is echter best lastig. Hoe zit het nu precies met die minuten, kwartieren en uren? En dan de 24-uurs klok! Klokkijken valt onder rekenen en kinderen leren dit op school meestal vanaf groep vier. Toch kun je thuis ook al heel veel oefenen zodat je kind snel snapt wat die wijzers nou eigenlijk betekenen. In dit artikel geven we je een aantal handige tips zodat de vraag “Mama, hoe laat is het?”, niet meer gesteld wordt.
Klokkijken met kleuters: Het leren van tijdsbesef
Al op kleuterleeftijd kun je starten met het aanleren van tijdsbesef aan je kind. Begrippen als ochtend, middag en avond kun je uitleggen. Ook helpt het om oefeningen te doen waarin je tegenstellingen laat zien. Denk hierbij aan plaatjes waarop meer en minder te zien is, groter en kleiner, dik en dun. Een goede manier om een kind tijdsbesef bij te brengen is ook om een activiteit te hangen aan een tijdstip. Denk hierbij aan zinnen als “Vanmiddag gaan we zwemmen” en “School begint om half negen”. Op deze manier krijgen kinderen tijdsbesef. Denk hierbij ook aan het benoemen van seizoenen en de dagen van de week. Kleuters beginnen met het snappen van tijdsaanduidingen als gister, vandaag en morgen.
Hiernaast leren kleuters de begrippen ochtend, middag en avond. De meeste scholen werken met een week en een dagplanning. Op deze manier krijgen kinderen door hoe lang een activiteit bijvoorbeeld duurt en wanneer iets plaatsvindt. Het spelenderwijs introduceren van tijdsbesef is het aller belangrijkst. Een kleuter hoeft echt nog niet te kunnen klokkijken!
Oefening → Voor kleuters geldt dat alle oefeningen met tijd en getallen goed zijn en een basis vormen voor het klokkijken. Op de website van Junior Einstein staan goede oefeningen voor kleuters.
Groep 3: Leren klokkijken
De analoge klok, dus de klok met de ronde cijferplaat, wordt vanaf groep drie belangrijk. In groep drie leren kinderen de hele en halve uren. Hiernaast wordt uitgelegd dat een uur bestaat uit 60 minuten en een minuut weer uit 60 seconden. Van een kind in groep drie wordt verwacht dat hij snapt dat de grote wijzer de minuten aangeeft en de kleine wijzer de uren. Hele uren snappen kinderen meestal snel. In dit filmpje worden de hele uren gemakkelijk uitgelegd. Het wordt lastiger als de halve uren om de hoek komen kijken. Je kunt een kind uitleggen dat een heel uur uit twee halve uren bestaat. Hiermee introduceer je de term kwart voor en kwart over. Met deze termen gaat je kind in groep vier verder.
Oefening → Je kunt de analoge klok bij je kind introduceren door bijvoorbeeld te zeggen “Als de kleine wijzer op de zeven staat gaan we naar bed”. Of “Als de kleine wijzer op de zes staat is er een half uur voorbij en gaan we eten”. Probeer de analoge klok zoveel mogelijk te betrekken als je iets over de tijd wilt vertellen. Je zult merken dat kinderen daarna uit zichzelf ook meer de klok bij hun vragen over de tijd zullen betrekken.
Tip → Geef je kind een horloge of een leerklok. Vaak vindt een kind het ontzettend interessant om een horloge te dragen. Hoe meer een kind in aanraking komt met een klok, des te sneller zal hij vertrouwd zijn met klokkijken.
Groep 4: Het introduceren van minuten
In groep vier leren kinderen naast de hele en halve uren, ook de kwartieren kennen. Op sommige scholen komen hier ook al minuut aanduidingen bij zoals vijf voor half of vijf over heel. Bij andere scholen maken kinderen pas in groep vijf kennis met de minuten. Hierna wordt de hele klok behandelt en komen alle minuten aan bod. Ook leren kinderen in groep vier meer over de tijdsduur. Denk hierbij aan opgaven als “een televisieprogramma duurt een half uur en start om kwart voor zes. Hoe laat is het programma dan afgelopen?”
Oefening → Je kunt eindeloos met je kind oefenen door samen op de klok te kijken en dan te vragen “Hoe laat is het over 8 minuten?” Op de website van Junior Einstein vind je ook heel veel oefeningen voor kinderen uit groep vier.
Groep 5: De digitale klok
Zodra een kind de analoge klok snapt, kun je beginnen met de digitale- en de 24 uurs klok. Sommige kinderen vinden de digitale klok juist veel makkelijker dan de analoge klok en zullen dit snel oppikken. Voordat je zelf begint met de introductie van de digitale klok, is het belangrijk dat kinderen goed snappen wat een kwartier, een half uur en drie kwartier is. Kortom, kinderen moeten weten waaruit een uur is opgebouwd. Een kwartier heeft 15 minuten, een half uur 30 minuten enzovoort. Op deze manier kan een kind, de minuten op een digitale klok vertalen naar een analoge klok en andersom. Bekijk hier hoe je de digitale tijd aan je kind uit kunt leggen.
Oefening → Kinderen komen door het gebruik van mobiele telefoons en tablets vaak al eerder in aanraking met een digitale klok. Je kunt hier zelf ook gebruik van maken door op deze manier spelenderwijs met je kind naar de tijd te kijken. Ook het gebruik van een stopwatch is een goede manier om je kind te laten wennen aan een digitale tijdsaanduiding.
Groep 6: Leren plannen
In groep zes wordt het klokkijken uiteraard herhaald. Door middel van verhaaltjessommen krijgen kinderen opnieuw te maken met kloktijden en tijdsaanduidingen. In deze groep wordt er meer gewerkt aan het tijdsbesef. Het begrip tijd wordt in een bredere context geplaatst. Denk hierbij aan inzicht in de verschillende tijdzones, aan snelheid (zoveel kilometer per uur) en aan tijdsindicaties als jaren en eeuwen. Ook leren kinderen in groep zes hoe ze een kalender moeten aflezen.
Oefening → Laat je kind zelf een planning van het weekend maken met de tijd erbij. Ook kun je als je op vakantie gaat naar een andere tijdzone vragen hoe laat het op de plaats van bestemming is.
Bronnen: Wijzer over de basisschool, Rekenen.nl