Tijdens de zwangerschap is je lichaam keihard aan het werk. Niet alleen om je kindje te laten groeien en ontwikkelen, maar ook voor de periode daarna. Al tijdens de zwangerschap begint je lichaam borstvoeding aan te maken. Wat prolactine hier mee te maken heeft lees je in dit artikel.
Wat is prolactine?
Prolactine is een hormoon en wordt tijdens en na de zwangerschap aangemaakt in de pijnappelklier. Deze klier wordt ook wel de hypofyse genoemd en hangt onder aan je hersenen. Prolactine speelt een rol bij de ontwikkeling van borstklieren bij zwangere vrouwen. Daarnaast maakt je lichaam dit hormoon ook aan als je niet zwanger bent. Zelfs mannen hebben dit hormoon in hun bloed zitten.
Zodra je voor iemand anders zorgt zie je dat het prolactinegehalte in je lichaam stijgt. Het gehalte wordt hoger nadat je huid-op-huid-contact hebt gehad. Na de geboorte gaat het hormoon dus vanzelf omhoog als jij alleen maar met je kleintje knuffelt. Een hoog prolactine gehalte is noodzakelijk als je borstvoeding wilt geven. Want samen met het hormoon oxytocine zorgen zij ervoor dat borstvoeding wordt aangemaakt. Pro betekent in het Grieks ‘voor’ en laat betekent ‘melk’. Het hormoon zorgt er dus voor dat de borstvoeding op gang komt en wordt gehouden gedurende die periode.
Prolactine tijdens de zwangerschap
Dit zwangerschapshormoon heeft vele functies. We zetten ze voor jou op een rijtje:
- Borstvoeding – Dit hormoon zorgt er tijdens de zwangerschap voor dat de melkproductie wordt voorbereidt.
- Aanmaak melkklieren en -kanaaltjes – Samen met de hormonen HPL (Humaan Placentair Lactogeen), progesteron en oestrogeen zorgt prolactine ervoor dat er meer melkklieren en -kanalen komen en dat ze gaan groeien.
- Doorbloeding – Het hormoon zorgt er ook voor dat de doorbloeding van je borsten wordt gestimuleerd.
- Colostrum – Prolactine zorgt er daarnaast voor dat de melkkanalen zich vullen met colostrum. Dit is de eerste moedermelk voor je kleintje. Vaak is deze wat gelig van kleur.
- Verweken banden – Ter voorbereiding op de bevalling helpt dit hormoon om de banden van je bekken weker te maken.
- Verandering borsten – Door al deze veranderingen worden de aders in je borsten duidelijker zichtbaar. Daarnaast worden je borsten steeds groter en zwaarder. Daarom heb je in de zwangerschap en tijdens de borstvoedingsperiode zeer waarschijnlijk ook een grotere cupmaat. Verder veranderen je tepels. Het tepelhof wordt groter en je tepels worden donkerder van kleur.
- Water- en zouthuishouding – Tijdens de zwangerschap zorgt het hormoon prolactine er voor dat er water getransporteerd wordt naar de placenta. Hierdoor krijgt je kleintje alle voedingsstoffen die hij nodig heeft om zich te kunnen ontwikkelen en om te groeien.
Het progesteron- en oestrogeengehalte is erg hoog tijdens de zwangerschap, dit voorkomt dat er vroegtijdig al melk uit je borsten komt. Natuurlijk kan het voorkomen dat je al wat druppels lekt, maar niet meer dan dat. Vanaf de vijfde maand van je zwangerschap is dat overigens heel normaal.
Prolactine tijdens de borstvoeding
Na de bevalling krijgt dit hormoon ruim baan en heeft belangrijke taken:
- Borstvoeding – Zodra je bevallen bent maakt je lichaam veel minder progesteron en oestrogeen aan en begint de melkproductie op gang te komen. Het hormoon prolactine krijgt nu alle ruimte om te pieken. Na de bevalling zorgt dit zwangerschapshormoon ervoor dat je lichaam borstvoeding gaat aanmaken.
- Zuigen door de baby – Zodra je kleintje begint te zuigen aan jouw tepel wordt er van alles in werking gesteld in jouw lichaam. Er wordt bij elke voeding steeds meer prolactine aangemaakt, zodat er voldoende melk wordt geproduceerd voor jouw baby.
- Onderdrukking eisprong – In de periode dat je borstvoeding geeft zorgt het hormoon ervoor dat je minder snel een eisprong hebt. Je wordt er dus minder vruchtbaar door en de meeste vrouwen worden dan niet ongesteld. Dat klinkt goed, nietwaar? Hierdoor zou je bijna denken dat dit een natuurlijk anticonceptiemiddel is. Dit wordt ook wel de LAM-methode (Lactatie Amenorroe) genoemd.
LAM-methode
Sommige vrouwen kiezen hier bewust voor. Helaas is deze methode niet altijd betrouwbaar. Er zijn ook vrouwen die direct gaan menstrueren na de bevalling of die toch al vruchtbaar zijn en nog niet ongesteld. Mocht je deze LAM-methode toch willen toepassen? Dan moet je aan de volgende voorwaarden voldoen wil je deze methode kunnen vertrouwen:
- Je mag niet menstrueren. Word je toch ongesteld? Dan kan je niet meer vertrouwen op de werking van het hormoon als anticonceptie.
- Je moet je kleintje voeden op verzoek.
- Je moet 24 uur per dag alleen borstvoeding te eten geven aan je baby. Je mag in die periode geen bijvoeding geven aan je kleintje.
- Er zit maximaal 4 uur tussen twee voedingen in.
Ben je na je bevalling op zoek naar andere manieren van anticonceptie die veel meer betrouwbaar zijn? In dit artikel lees je er alles over.
Toeschietreflex
Naast prolactine heb je, om borstvoeding te kunnen geven, ook oxytocine nodig. Dit hormoon zorgt voor de toeschietreflex. Het zorgt ervoor dat er vanuit de melkklieren melk naar de tepels stroomt. Hierdoor kan je baby lekker drinken. Veel moeders voelen deze toeschietreflex direct. Je voelt het dan tintelen of warm worden in je borst of tepel. Een handig voedingsschema voor als je fles- of borstvoeding wilt geven vind je hier. Heb je besloten om flesvoeding te geven, dan zal er geen toeschietreflex optreden bij jou. De melkproductie zal dan langzaam maar zeker stoppen.
Wanneer maakt je lichaam het meeste prolactine aan?
In de eerste weken na de bevalling is het hormoon prolactine vooral ’s nachts het hoogst. Hoe graag je ook (door) wilt slapen, nachtvoedingen helpen enorm om de melkproductie te stimuleren. Hoe vaker je je baby daarnaast aanlegt voor een voeding, hoe meer melk je zult gaan produceren. De hoeveelheid prolactine schiet namelijk de lucht in iedere keer dat je je baby aanlegt. In de eerste weken na de bevalling kan je denken aan ongeveer 8 voedingen per dag. Hierdoor worden er steeds meer prolactine receptoren aangemaakt. Je melkklieren gaan daardoor het hormoon steeds beter herkennen. Gevolg is dat er meer melk wordt aangemaakt voor je kleintje. Dus hoe vaker je je baby aanlegt, hoe meer receptoren er worden gemaakt. Zodra je je kind minder borstvoeding gaat geven, verdwijnen de receptoren die geen functie meer hebben vanzelf.
Bronnen: deverloskundige, opvoeden, borstvoeding